Via de prikkelmeter leert iemand herkennen in welke stand zijn prikkelverwerking is. Dat kan in eerste instantie best ingewikkeld zijn. Soms is het lastig om aan te geven wanneer je bijvoorbeeld overprikkeld raakt. Dus kan het gebeuren dat het kookpunt ‘zomaar’ opeens bereikt is. Je hebt dan bepaalde signalen niet opgemerkt.

Daarom is het fijn als je iemand kan leren om zelf aan te geven of hij onder- of overprikkeld is, of dat hij merkt wanneer hij een grens bereikt. Als ouder of begeleider leer je ook steeds beter de signalen te herkennen, waardoor je iemand op tijd kunt waarschuwen en jullie dat kookpunt kunnen voorkomen.

Wanneer je als ouder of begeleider denkt dat jouw kind of cliënt niet goed doorheeft wanneer hij te veel of te weinig zintuiglijke prikkels ervaart, ga dan samen oefenen met de prikkelmeter. Hierop kunnen jullie samen bekijken hoe het met hem is: Klopt zijn prikkelbalans of niet? Als dat niet zo is, is dat
dan omdat hij prikkels tekort komt, of ervaart hij juist teveel prikkels?

Je geeft iemand zo een hulpmiddel om voor zichzelf na te gaan of hij iets nodig heeft om zich prettig te (blijven) voelen, zodat hij kan doen wat hij op dat moment moet doen. Als ouder of begeleider kun je inspelen op wat iemand nodig heeft; meer of minder prikkels.

Download hier de handleiding van de prikkelmeter.

Kijk bij downloads VB voor variaties op de prikkelmeter.